MEDISCH STUDENT JAN HOOGENBOEZEM SINDS 1948 VERMIST.
In de "Verlieslijst Nederlandse troepen 1945 - 1962" een uitgave van Stichting Nationaal Indië-monument, staat op pagina 47 vermeld; 5-8-RI Hoogenboezem J.P, Utrecht a/b 'GrooteBeer' 30-9-1948 Zeemansgraf.
Het was Jan's vroegere kameraad, Henk van Tilborg, die in 1996 ontdekte dat de naam Hoogenboezem J.P. echter niet in de blank metalen zuilen van ons Indië-monument in Roermond was gegraveerd. Erger nog, zijn naam stond ook niet vermeld op onze eigen 5-8-RI plaquette. De plaquette die in opdracht van het 5-8-RI comité in 1990, ter ere van onze zestien gevallenen, op een van de granieten eretafels van het monument was geplaatst. Wij waren vergeten Jan's naam te vermelden. Het kwam misschien omdat Jan niet in Indië was gesneuveld maar ook niet in Holland was gearriveerd. Hij is ergens tussen beiden, ter hoogte van de Maladiven, vermist geraakt. Jan was letterlijk en figuurlijk tussen wal en schip gevallen.
In 1997 heeft het 5-8-RI commitee, met grote voortvarendheid, een nieuwe bronzen plaquette laten gieten. Wij hadden wat goed te maken. Jan's naam staat nu tussen de zestien andere namen die op de eerste plaquette al vermeld stonden. Bij de onthulling in Roermond op 19 augustus 1997 waren behalve Jan's kameraden ook de jongste broer en een zuster van Jan aanwezig. Het was voor allen een goed gevoel dat Jan's naam nu ook op ons Indië-monument voortleeft. Zijn naam wordt nu ook - naar wij hopen dit jaar nog - in de roestvrij stalen zuilen gegraveerd.
Op de dag van de plaqette onthulling scheen de zon meedogenloos op het monument. De hemel was wolkenloos strak blauw, het was windstil en bloedheet. Het halfstok gehesen rood wit en blauw hing slap en roerloos langs de mast. Met de ogen gesloten waande je je een halve eeuw terug in de tijd. Terug in de tropen.
In het hart van stadspark 'Hattem', waar ons monument is geplaatst, heerste een serene rust. Geluiden van de stad drongen nauwelijks tot ons door, het was een dag voor meditatie en herinnering. Toch verliep de onthulling niet geheel vlekkeloos. Precies om 1 uur, na afloop van de herdenkingstoespraak door Bouke Faber, zou een militaire hoornblazer de taptoe en het reveille blazen. De taptoe is het signaal om de soldaten s'avonds te waarschuwen naar hun kwartieren te gaan, het reveille wordt geblazen om de militairen te wekken. Het reveille is ook een oproep tot wederopstanding der gesneuvelde soldaten.
De kapitein van het Trompetterkorps van de Bereden Jagers uit Amersfoort had ons een trompettist beloofd en toegezegd dat deze om 12.45 uur present zou zijn. Helaas, de nog zeer jonge musicus arriveerde anderhalf uur te laat. Tot mijn schaamte besefte ik dat de organisatiekracht van ons leger de laatste 50 jaar er niet op vooruit is gegaan.
Na enige tijd bedremmeld en tevergeefs wachten op de slecht georiënteerde trompetbespeler besloot de voorzitter van het monument een geluidsband met trompetmuziek af te spelen. Een band die men kennelijk voor dit soort noodsituaties achter de hand had. De trompetklanken uit de luidsprekers klonken - ondanks de mechanische weergave - warm en ruimtelijk.
De taptoe en het reveille op de geluidsband was een twee jaar oude opname van trompettiste Monique Garritsen (21-9-1972). Zij was een van de musici van de Koninklijke Landmacht Fanfare die omkwamen bij het ongeluk met de Belgische Hercules. Op 15 juli 1996 verongelukte zij met 33 anderen op het vliegveld Eindhoven.
Het reveille, postuum gespeeld door het op 23 jarige leeftijd verongelukte meisje, ter ere van een op 21 jarige leeftijd vermiste jongen, brak m’n hart.